• De stichting - header
COLUMN : Als makke schapen

Het is een van de meest hardnekkige historische onjuistheden over de Holocaust: ‘De Joden lieten zich als makke schapen naar de gaskamers leiden.’ Overal in Europa boden Joden, Sinti en Roma gedurende de Tweede Wereldoorlog weerstand.

Vanuit onderduikplaatsen maakten zij verzetsbladen, hielpen zij mede-onderduikers of pleegden zij gewapende overvallen. En in de kampen en getto’s kwamen zij in opstand tegen hun Duitse onderdrukkers. Neem bijvoorbeeld de opstanden in het getto van Warschau in april-mei 1943, en in het Sonderkommando in Auschwitz-Birkenau in oktober 1944. Of die van een jaar eerder, in het vernietigingskamp Sobibor, waarbij de Nederlandse Selma Wijnberg (1922-2018) en haar Poolse geliefde (en latere echtgenoot) Chaim Engel (1916-2003) een belangrijke rol speelden.

In onze tijdelijke tentoonstelling ‘Het Verdriet van de Bevrijding’ vinden wij het van groot belang om ook deze kant van het verhaal onder de aandacht te brengen. Het is een verhaal van ongekende moed, veerkracht en weerbaarheid: Door hun strijd tegen de bezetter hielpen de verzetsmensen met een Joodse, Sinti en Roma achtergrond (direct of indirect) mee aan de bevrijding van Europa. Net als bijvoorbeeld hun christelijke of communistische medestrijders.

Bill Minco
In de tentoonstelling bevindt zich onder andere het kamppak van Bill Minco (1922-2006). Op de morgen van 7 februari 1941 werd de 18-jarige Joodse Bill Minco door de Grüne Polizei uit de klas gehaald en naar de gevangenis in Scheveningen gebracht, waar hij alleen werd opgesloten in een kleine cel. In de maanden daarvoor was Minco betrokken geraakt bij het Geuzenverzet, één van de eerste verzetsgroepen in Nederland. In de verhoren die volgden werd Minco flink mishandeld. Na enkele weken moest hij voor de rechter verschijnen. Het vonnis: de doodstraf.

Op 13 maart 1941 werden de leden van het Geuzenverzet geëxecuteerd op de Waalsdorpervlakte. Het waren er echter geen achttien zoals de rechter had beslist, maar vijftien. Drie kregen gratie omdat zij nog minderjarig waren. Eén van hen was Bill Minco. Volgens het Duitse strafrecht konden minderjarigen niet ter dood veroordeeld worden, maar hooguit levenslang krijgen.

Na maanden te hebben verbleven in verschillende Duitse tuchthuizen kwam Bill Minco in 1942 in Mauthausen terecht. In 1997 sprak hij erover met psychotherapeute Lies Schneiders voor het tijdschrift van ICODO (Informatie- en Coördinatie-Orgaan Dienstverlening Oorlogsgetroffenen):

‘Mauthausen was het ergst denkbare kamp. De SS was overal om de gevangenen heen en wilde iedere dag bloed zien. Het was zo erg dat ook de medegevangenen niet te vertrouwen waren. Het was letterlijk ieder voor zich en de SS voor ons allen. Het werk in de steengroeve was onvoorstelbaar zwaar. Je was helemaal niets waard. Alleen bezig met overleven. Beschaving is dan maar een heel dun laagje.

Uiteindelijk werd ik naar Auschwitz getransporteerd. Ik vroeg me af waarom ze me niet meteen neerschoten. Maar vanwege mijn status van politieke gevangene mocht ik niet gedood worden, want dat zou een te snelle verlossing uit het lijden geweest zijn. Ik moest mijn straf uitzitten.

In Auschwitz kreeg ik tyfus en diarree en kwam in een ziekenbarak terecht. Elke week werden zieken die niets meer konden opgeroepen en vergast. Mijn nummer werd iedere keer opgeschreven, maar ik werd de volgende dag nooit opgeroepen. Ook hier gaf mijn status als veroordeelde de doorslag.

In januari 1945 begon de evacuatie van Auschwitz voor de naderende Russen. Daarna ben ik nog in verschillende kampen tewerkgesteld. Tijdens een gestrand transport per trein in die chaotische periode, na een nacht in een wagon, ben ik op 30 april 1945 door de Amerikanen bevrijd.’

Verzet in kamp Westerbork
In kamp Westerbork waren gedurende de oorlog eveneens een aantal Joodse verzetsstrijders actief. Tot deze groep behoorde Werner Stertzenbach (1909-2003). Van 14 t/m 16 maart 2020 zijn van hem bijzondere foto’s, documenten en brieven in Herinneringscentrum te bekijken.

De in Duitsland geboren en getogen Werner Stertzenbach vluchtte in de jaren dertig naar Nederland en kwam in 1941 in het Centraal Vluchtelingenkamp Westerbork terecht. Hij vond werk bij de waterzuivering van het kamp en vanaf maart 1943 bij het crematorium.

Vanuit Westerbork stond Stertzenbach in contact met een politiek-linkse verzetsgroep in Amsterdam, waarvan de leiding werd gevormd door Duits-Joodse vluchtelingen die elkaar voor de oorlog hadden leren kennen. Deze Groep-Van Dien verspreidde onder andere illegale bladen, zorgde voor onderduikplekken en fabriceerde en verschafte vervalste persoonsbewijzen.

In kamp Westerbork zette Stertzenbach samen met medegevangenen ontsnappingsroutes op. Gevangenen werden onder meer ‘als lijk’ in een lorrie of een jutezak naar het crematorium gesmokkeld vanwaar zij met hulp van boswachter Ger van Reemst met een nieuw persoonsbewijs en voldoende geld naar Amsterdam werden overgebracht.

In het najaar van 1943 ontvluchtte Stertzenbach via één van zijn eigen routes zelf het kamp. Hij dook onder in Amsterdam en zette daar zijn verzetswerk onder de naam ‘Wilhelmus Sterk’ voort. In september 1944 sloot Stertzenbach zich met de leden van de Groep-Van Dien aan bij de Vrije Groepen Amsterdam, een verzameling van verzetsorganisaties in de Nederlandse hoofdstad.

Uit de relatie met Stella Pach (1910-1992), met wie Werner Stertzenbach een intensieve briefwisseling vanuit Westerbork onderhield, werd in december 1945 dochter Manja, de latere initiatiefnemer van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork, geboren.

Aandacht
Naast Werner Stertzenbach, Bill Minco, Chaim Engel en Selma Wijnberg hebben nog duizenden andere mensen - Joods en niet-Joods; Sinti, Roma en ‘Gadje’ - clandestien een bijdrage geleverd aan de bevrijding van de in verhouding kleine groep mannen, vrouwen en kinderen die in de onderduik of in de kampen de oorlog overleefde. Als eerbetoon zal gedurende de looptijd van ‘Het Verdriet van de Bevrijding’ met regelmaat aandacht worden besteed aan deze moedige verzetshelden.

De tentoonstelling ‘Het Verdriet van de Bevrijding’ loopt tot en met 11 oktober 2020.

 

  • European Heritage Label
  • Unesco

Bezoek Kamp Westerbork

Klik hier voor meer informatie over vervoersmogelijkheden en de bereikbaarheid.
Logo van Herinneringscentrum Kamp Westerbork