"Dat het deze vormen zou aannemen, hadden we niet kunnen bevroeden"
zondag, 26 mei 2024Vandaag vond de Nationale Herdenking Vervolging Sinti & Roma op het voormalige kampterrein van kamp Westerbork plaats. Dit jaar is het precies 80 jaar geleden dat een transport met 245 Sinti en Roma vanuit kamp Westerbork naar het vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau vertrok. Slechts 31 van hen overleefden de deportatie en vervolging. Tijdens de herdenkingsbijeenkomst spraken onder andere staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) en Zoni Weisz. Hij ontsnapte in mei 1944 aan de deportatie. "Ook ik had vermoord moeten worden, maar ik logeerde op de dag van de razzia bij mijn tante."
Van generatie op generatie
Veel vervolgingsslachtoffers zwegen decennialang over hun ervaringen. En hun familieleden en met name hun kinderen, worstelend met hun eigen identiteit, doorbraken deze stilte niet. Inmiddels wordt steeds meer gesproken over de impact van de vervolging en doorwerking van trauma in de volgende generaties. Tijdens de herdenking sprak Lalla Weiss over de doorwerking van de vervolging in haar familie. "Ik ben een naoorlogs kind, maar het beheerst in zekere zin nog steeds dagelijks mijn leven." Ook Loewana Weiss ging tijdens haar toespraak in op de angst die in haar familie is doorgegeven en die ook zij als kind van de vierde generatie ervaart.
Het belang van erkenning
Zoni Weisz, die in mei 1944 ternauwernood aan de deportatie wist te ontsnappen, wees op het gevaar van de angst voor de vreemdeling. "Vervolging was voor Sinti en Roma niets nieuws. Maar dat het deze vormen zou aannemen, hadden we niet kunnen bevroeden." Staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) erkende deze geschiedenis van leed, uitsluiting en onrecht. "Daar is pas heel laat na de oorlog erkenning voor gekomen. En de gevolgen daarvan zijn zichtbaar en voelbaar tot op de dag van vandaag. Wij moeten ons allemaal inzetten om de verhalen levend te houden, want deze geschiedenis mag nooit vergeten worden."